zondag 7 oktober 2012

#8 Las Islas Ballestas & Huacachina

Verslag van mijn afgelopen 3 dagen 'on the road'. Disculpe voor de grote hoeveelheid tekst, maar begrijp dit dit voor mij belangrijk is omdat ik ga vergeten wat ik elke dag doe en hoe ik me voel door de vele nieuwe indrukken. Over 2 uren vertrekt mijn bus naar Cusco, waar ik de komende 3 maanden zal wonen. Deze week de backpacker uithangen was fantastisch, maar ik heb wel gemerkt dat backpacken veel nadelen heeft. Je doet contacten op, maar maakt geen vrienden, je hebt niemand om je ervaringen mee te delen (dat is, als je alleen reist zoals ik) en als je lievelings t-shirt onderin je backpack zit ben je zwaar de lul. 



5 oktober 23:03. Vandaag heeft gisteren goedgemaakt. Mijn held van de dag is Piero, een Peruaan die mij de hele dag van hot naar her heeft gereden. Waar hij vandaan kwam en hoe hij mijn naam wist weet ik niet, dat kon hij ook niet zo goed uitleggen. Hij wist eigenlijk niet eens voor welke reisorganisatie hij werkte, maar in ieder geval. Hij had begrepen dat er nogal wat gezeur was met mijn tickets en dus heeft hij me vandaag overal heen gereden in zijn scheurijzertje en het kostte me niks. Vandaag was de beste dag, misschien wel in mijn hele leven.
                S’ochtends ben ik heel vroeg op, ik ga naar het haventje in Paracas en neem een boot naar Las Islas Ballestas. 2 uren varen en in de verte doemt een rotsachtig, kaal eiland op. Hoe dichterbij we komen met de boot hoe minder hier van waar is. Het eiland is bezaait met vogels en zeeleeuwen. Miljoenen, echt miljoenen vogels vliegen over ons heen en met de boot mee, allerlei verschillende soorten. Hier en daar is zelfs een pinguïn te zien. Terwijl de gids in gebrekkig Engels halverwege de boot zijn verhaaltje doet maak ik vriendjes met de kapitein. Douglas (extreem Peruaanse naam, not) verteld me over het eiland en wijst me allerlei dieren aan, ik vraag hem over zijn leven en op de terugweg laat hij me de boot besturen. 

Islas de Ballestas

Islas de Ballestas
Douglas



                Weer aan land duik ik in Piero’s wagentje en we scheuren 50 kilometer naar een wijnfabriek. Wat je een fabriek noemt, het wijn maken gebeurt hier buiten en slechts een aantal dakjes op palen moeten een kantine voorstellen. Ik krijg een privé rondleiding van Victor, een super enthousiast mannetje en hij spreekt belachelijk goed Engels (voor een Peruaan! Alles is relatief). Victor legt uit hoe ze tijdens het wijnfestival de druiven stampen op de maat van de salsa, ‘Do you know how to Salsa?’ en shit, ja hoor daar gaan we:  ik sta de salsa te dansen met een jolig, klein mannetje in een bak waar 10800 liter druivensap in past. Ik voel me een malloot maar Victor schijnt de tijd van z’n leven te hebben en ik heb buikpijn van het lachen (note: er stond geen salsa muziek op, Victor zong een soort van ‘tralala’). Ik mag verschillende wijnen en likeuren proberen en na 7 shotjes met Victor te hebben gedronken besluit ik: Vamos. Ik koop een fles ‘Perfecto Amor’ a.k.a. The Babymaker omdat je lichaam van deze wijn heel warm schijnt te worden en dan trekt men al snel de kleren uit, is de uitleg. Het is super lekker trouwens, ik wil het bewaren voor Nederland maar het weegt veel en ik heb er geen moeite mee om het binnenkort op te drinken. Die baby’s maken laat ik misschien wel achterwege. Ik kruip licht aangeschoten en melig weer achterin Piero’s bakkie, het is pas 1 uur s’middags en mijn dag is nu al top.
                Piero rijdt me naar Huacachina, dit ligt middenin de woestijn, Huacachina is een oase en hier heb ik in Nederland al naar uitgekeken! Ik wil een sandboard huren en een tour met een buggy door de woestijn doen. Huacachina beschrijven is in een woord ‘paradijs’. Nog nooit ben ik in een woestijn geweest, het is er bloedheet, maar middenin deze gigantische zandpan ligt een meer en er groeien grote palmbomen. Er zijn wat hotels en restaurantjes. Ik moet nog een tijd wachten tot mijn buggy vertrekt dus ik vreet me eerst vol met rijst en vervolgens val ik tegen een palmboom aan in een half slaap. De zon brand, de wind waait, ik geniet.
                 




Huacachina
Twee uur later vertrek ik met de buggy de woestijn in, sandboards achterin. Ik zit met een onwijs leuke groep mensen samen, allemaal enthousiaste jongeren en van over de hele wereld, ik ben de jongste. Schreeuwend en gillend scheuren we abnormaal snel door de woestijn, tranen in mijn ogen. Het is te vergelijken met een achtbaan ,sommige woestijnheuvels zijn bijna horizontaal. Dit is het beste wat ik ooit heb gedaan! We stoppen bovenaan een heuvel en we laden de sandboards uit die we nog even moeten waxen met een kaars. Marcel, een Duitser, Ron uit Lima en ‘Ismael uit Israel’ worden mijn maatjes deze trip. Het grappige is wanneer we op het punt staan om een afdaling te maken, alle stoere, getatoeëerde, dreadlock gringo’s ineens niet meer zo stoer praten. Gelukkig heb ik laatst nog gesnowboard met Bas dus ik bluf mezelf van de helling af en val 10 keer, lekker zandhappen. De rest is niet veel beter. We hebben 12 hellingen te gaan, de een nog steiler dan de ander. De begeleider spreekt geen Engels, het enige wat hij zeggen kan is 'OPEN YOUR LEGS!!!' wanneer we op onze boards staan. Dit zinnetje wordt al gauw door de groep gequote en in een ietwat vunziger context geplaatst. Nadat iedereen op 2 hellingen heeft proberen te boarden besluiten we dat op ons buik boarden veel leuker is, dus dat houden we de rest van de tijd vol. Het gaat niet normaal snel, de helling is belachelijk steil en je racet keihard van een woestijntop af. We zien de zon ondergaan in de woestijn terwijl we met de sandboards aan het klooien zijn en na 2 uur gaan we terug met de buggy. Marcel komt over een week naar Cusco (waar ik tegen die tijd zit) om de incatrail te lopen, dus ik wissel gegevens uit en we spreken of om dan wat te gaan drinken. 


Sandbuggy





                Te laat ben ik terug bij Piero en mijn bus om half 7 naar Nazca ga ik niet meer redden. Gelukkig is de bus nóg veel later en ik zit uiteindelijk nog drie kwartier in de busterminal te wachten. Mijn huid is verbrand in de zon. Mijn handen, met name mijn knokkels, zijn compleet aan gort, opengescheurd met wonden. Mijn kleding is zanderig, mijn schoenen zitten vol, het zit achter mijn oren en erin, plakt op mijn huid, in mijn neus en mijn ogen zien grauw van het zand. Ik ben bekaf maar voldaan. Helemaal kapot wacht ik op mijn avondbus waarmee ik nog 170 kilometer moet afleggen naar mijn hotel in Nazca. Buiten is het pikzwart, zo donker bestaat niet in Nederland. Ik kijk uit naar een douche en de wondjes zijn aan het irriteren, die moet ik nog goed ontsmetten. Deze dag was de beste, ik heb zo veel lol gehad. Soy Feliz.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten